Advies koninklijk besluit werkbaar en wendbaar werk

advies op vraag
Federaal minister van Werk Economie Consumenten
Kris Peeters
Advies over ontwerp van Koninklijk Besluit tot uitvoering van artikel 9, eerste lid, c) en het tweede lid; artikel 10, tweede en derde lid; artikel 14, tweede en zevende lid, en artikel 15, tweede lid, van de wet betreffende het werkbaar en wendbaar werk.

De Vlaamse Regering en de SERV brachten een gezamenlijk advies uit over het ontwerp-KB dat uitvoering geeft aan art. 9 van de Wet Werkbaar en Wendbaar Werk. Het advies gaat in op de vraag welke opleidingsinspanningen in aanmerking komen voor de federale opleidingsnorm die vervat zit in de wet. De Vlaamse Regering en de sociale partners wijzen op de verschillende instrumenten die Vlaanderen heeft om de opleiding van werknemers te stimuleren. Potentieel zouden dus heel wat opleidingen georganiseerd en/of gefinancierd door de Vlaamse overheid in aanmerking kunnen komen voor het bepalen van de opleidingsinspanningen. Gezien het belang van werkplekleren voor Vlaanderen en het sterke engagement dat dit ook vereist van de ondernemingen vragen de Vlaamse Regering en de SERV dat naast de formele en informele opleidingen nog een derde type opleidingen meetellen, nl. de diverse vormen van werkplekleren (meer concreet gaat het om IBO, Leren en Werken, duaal leren en werken, werkplekleren).