Hoe werkbaar zijn bediendenjobs in de internationale handel, het vervoer en de logistiek?

Verslag van de sectorale werkbaarheidsmeting 2021

Bij de sectorale werkbaarheidsmeting, die in het voorjaar 2021 werd uitgevoerd bij de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek in Vlaanderen (paritair comité 226), klokt de werkbaarheidsgraad af op 55,1%.



Dit sectorale meetresultaat valt gunstiger uit dan de benchmarks op basis van de werkbaarheids-monitor 2019. Voor de bedienden uit de profit economie tekenden we toen een werkbaarheids-graad van 52,2% op. Op het niveau van de globale Vlaamse arbeidsmarkt telden we in 2019 49,6% werknemers met een werkbare job.



De andere kant van de medaille zijn de 44,9% (of zowat 18.200) bedienden uit de sector die met problemen op één of meerdere werkbaarheidsdomeinen geconfronteerd worden. Een blik op de onderliggende werkbaarheidsindicatoren (zie figuur) geeft een duidelijk zicht op het voorkomen van specifieke werkbaarheidsknelpunten bij de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek:



Werkbaarheidsprofiel bedienden internationale handel, vervoer en logistiek (2021)



 

Werkstress vormt in kwantitatieve termen het voornaamste probleemgebied: ongeveer een derde (32,1%) van de bedienden uit paritair comité 226 heeft in 2021 af te rekenen met werkstressklachten, bij ongeveer een derde daarvan (of 9,5% van de sectorpopulatie) is er zelfs sprake van symptomen van burn-out. Omgerekend gaat het om zowat 13.000 bedienden die met problematische werkstress geconfronteerd worden en ongeveer 3.900 bedienden die een verhoogd burn-outrisico lopen.

De werkbaarheidsindicator voor motivatie leert ons dat bij zowat een vijfde (21,0%) van de bedienden uit de sector heeft af te rekenen met motivatieproblemen, bij een kleine helft daarvan (of 9,3% van de volledige sectorpopulatie) is er sprake van ernstige demotivatie. Omgerekend gaat het om 8.500 bedienden die met motivatieproblemen kampen en ongeveer 3.800 bedienden die ernstig gedemotiveerd zijn.



Ruim vijf op de zes (85,6%) van de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek heeft voldoende leermogelijkheden in de job, minder dan een zesde (14,4%) loopt aan tegen een tekort aan leerkansen, bij 3,2% is er sprake van een ernstig leerdeficit. Omgerekend gaat het om 5.800 bedienden met onvoldoende leermogelijkheden, waarvan ongeveer een vierde of 1.300 bedienden met een ernstig leerdeficit wordt geconfronteerd.



Problemen met de werk-privé-balans komen het minst voor in de sector: 11,5% botst op systematische moeilijkheden in de werk-privé-combinatie, bij 3,9% is er sprake van een acuut werk-privé-conflict. Omgerekend gaat het om 4.700 bedienden die moeilijkheden ondervinden om de touwtjes van werk, gezin en privéleven aan elkaar te knopen, waarvan ongeveer een derde of 1.600 bedienden met een quasi-permanent werk-privé-conflict geconfronteerd worden.



Wanneer we de sectorale werkbaarheidsscores vergelijken met de benchmark-resultaten uit de werkbaarheidsmonitor 2019 registreren we maar een beperkt aantal (statistisch significante) verschillen.



Op het terrein van psychische vermoeidheid (werkstress, burn-out) oogt het sectorrapport in ieder geval gunstiger. Een kleiner aandeel bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek kampt met werkstressproblemen (32,1%) of burn-outklachten (9,5%) in vergelijking met de groep van (alle) bedienden uit de profit economie (34,9% resp. 12,9%) en de benchmark-cijfers voor de Vlaamse arbeidsmarkt (36,8% resp. 13,6%).