Advies voorontwerp van decreet Plan-m.e.r.

Bij decreet van 18 december 2002 werd een decretale regeling goedgekeurd die uitvoering gaf aan de plan-m.e.r.-Richtlijn, maar nog een uitvoeringsbesluit behoefde. De Vlaamse Regering heeft nu een voorontwerp van decreet uitgewerkt dat de bestaande regeling volledig vervangt en geen uitvoeringsbesluit meer behoeft.  Gelet op de omvang van de voorgestelde aanpassingen, is het volgens Minaraad en SERV nodig om de inhoudelijke vragen die rijzen bij de omzetting van de plan-m.e.r.-Richtlijn opnieuw te stellen. De belangrijkste van die vragen zijn:
Op welk niveau wordt de Richtlijn omgezet? De Richtlijn laat omzetting toe via een regeling die geldt voor alle plannen en programma’s of voor een restcategorie daarvan (opvangspoor). Omzetting kan ook via een wijziging van de specifieke regelgeving die de besluitvormingsprocedure regelt van één of meer plannen en programma’s van een specifiek beleidsdomein (integratiespoor).Voor welke plannen en programma’s moet een milieueffectrapport (MER) worden opgemaakt (‘screening’ of afbakening van het toepassingsgebied)? Volgens welke werkwijze en / of procedure moet het plan-MER worden opgemaakt? Hoe wordt de kwaliteit van de afbakeningsbeslissingen bewaakt?
Welke alternatieven en milieueffecten worden onderzocht in een plan-MER (‘scoping’)? Hoe wordt de kwaliteit van MER’s bewaakt?
Op welke manier worden leereffecten gemaximaliseerd?
In dit advies beoordelen SERV en Minaraad het voorontwerp van decreet aan de hand van die vragen. Ze formuleren krachtlijnen en meer concrete voorstellen voor aanpassing.